Wel en wee van de begraafplaats
In Ontmoeting van januari wenste ik u allemaal een goede gezondheid toe, niet wetend wat we vanaf maart over ons heen zouden krijgen. Nu weet je nooit wat je te wachten staat in dit leven, maar de wereld staat op zijn kop in de ban van een, voor het oog onzichtbare, vijand. Om in deze tijd ziek te worden en te overlijden vergt veel van de mensen om de persoon heen.
Achteraf zeggen de kinderen van Jan van der Kooij dat hun vader, die (gelukkig) in februari is overleden, een mooi afscheid heeft gehad, met alle mensen om hem heen die van hem hebben gehouden.
Normaal spreek ik niet over degene die op onze begraafplaats wordt begraven. Iedereen heeft zijn eigen verdiensten. Maar Jan is zolang administrateur en beheerder geweest, dat ik hem op deze wijze wil gedenken. Door omstandigheden gedwongen, heeft hij ook weleens een graf moeten graven! Hij heeft een mooi plekje bij ons, samen met zijn vrouw Dicky.
De tijd waarin we zo min mogelijk contact mogen hebben, hebben we als vrijwilligers goed besteed. De natuur geeft een feestje en alles bloeit uitbundig, dus ook het groen in de grindpaden. Dus was er de afgelopen twee maanden veel werk te verzetten.
We hadden daar genoeg tijd voor nu clubs, sport en uitjes onze tijd niet in beslag namen.
Onafhankelijk van elkaar hebben we van de paden, op en rond de graven het onkruid verwijderd, graven schoongemaakt, op kale plekken vaste bloeiende planten gezet, de deuren en kozijnen geschilderd, en opdracht gegeven aan een echte stratenmaker om de stoep rondom het huisje te vernieuwen. Plantjes die nooit hadden gebloeid, gaven acte de presence. De begraafplaats ziet er picobello uit.
Met dank aan alle vrijwilligers. Ab, Jan, Mich en Greet, Guus en Ad.
Op 4 mei was er een sobere plechtigheid bij de graven van de gevallen militairen. De vlaggen zijn overdag op de begraafplaats gezet en hingen halfstok. De burgemeester heeft een krans gelegd en samen hebben we een moment stilte gehouden. Het was vreemd om daar te staan, zonder mensen om ons heen. Gelukkig hebben enkele mensen overdag een bloem bij de graven gelegd. De jongens die daar begraven liggen blijven jongens. Zij mogen niet vergeten worden.
Ik nodig u uit om de begraafplaats eens te bezoeken. Het hek is dicht, maar nooit op slot. Een mooie stille plek midden in onze stad. Nela Bakker, beheerder